1883 - 1981 type:Sneek
Het stationsgebouw bestaat uit een centraal, twee bouwlagen hoog gedeelte met vierkante plattegrond en twee vleugels met rechthoekige plattegrond. Het centrale deel wordt door een gebroken schilddak gedekt, waarop vier schoorstenen zijn geplaatst, de vleugels worden door twee schilddaken gedekt. Op het voorste dakschild van het centrale deel staat een dakkapel met zadeldakje en klok. Het gebouw is uit bruine baksteen opgetrokken, de decoratieve gevelbanden zijn wit bepleisterd. De hoeken worden afgesloten door ondiepe pilaren, de gevels onder de daklijst worden afgesloten door een doorlopend fries gedecoreerd met cirkelvormige elementen. Vensters en deuren, zowel aan de vóór- als aan de achterzijde zijn door nieuwe vervangen. De meeste zitten wel op de oorspronkelijke plaats in de gevels. Tegen de oostelijke zijgevel en over de hele lengte van de achtergevel is een overkapping geplaatst, die in de stijl van de Art Nouveau is uitgevoerd. De gietijzeren zuilen met Corinthische kapitelen ondersteunen een forse, deels vernieuwde, houten luifel.