architect: C.B. Posthumus Meyjes jr - stationsweb
C.B. Posthumus Meyjes jr
(1893 - 1975)
Christiaan Bernhard Posthumus Meyjes junior (1893-1975) C.B. Posthumus Meyjes werd als zoon van de architect C.B. Posthumus Meyjes senior (1858-1922) in 1893 te Amsterdam geboren (dit overzicht is gebaseerd op de levensbeschrijving in NAi/archief POSX 112). Hier volgde hij eerst de vijfjarige H.B.S.-opleiding, rond 1910 aangevuld met een driejarige opleiding aan de Technische Hogeschool te Delft. In 1913 maakte hij een studiereis naar Amerika en werkte hij een jaar op het bureau van architect K.P.C. de Bazel, gecombineerd met verdere studie in onder meer handtekenen en betonconstructies. Nadat hij lid was geworden van de Bond van Nederlandse architecten, associeerde Posthumus Meyjes zich in 1919 met zijn vader onder de naam 'Bureau Posthumus Meyjes en zoon'. Junior werd vanaf dat moment de drijvende kracht achter het bureau. In 1926 tot 1956 vormde hij een maatschap met J.J. van der Linden onder de naam 'Posthumus Meyjes en Van der Linden', gevolgd door een maatschap met J.J. Bolderhey en J.B. Narold, genaamd 'C.B. Posthumus Meyjes, J.J. Bolderhey en J.B. Narold H.B.O. B.N.A.' In 1960 trok Bolderhey zich terug en vanaf 1973 was Narold de enige vennoot. De eerste werken van Posthumus Meyjes junior dateren uit de jaren 1910. Zo was hij in 1912 betrokken bij de bouw van het Nederlands Hervormde Opvoedingsgesticht voor jongens 'Valkenheide' te Maarsbergen. Waarschijnlijk assisteerde hij hier als bouwkundestudent zijn vader, die verantwoordelijk was voor het project. Ook in andere gevallen zou Posthumus Meyjes projecten van zijn vader verbouwen of uitbreiden. In 1916 kreeg hij opdracht 'Huize Schaep en Burgh' te 's-Gravenlande geheel te restaureren. De eerste opdrachten voor nieuwbouw ontving Posthumus Meyjes echter pas toen hij op het bureau van zijn vader kwam werken. Tot zijn belangrijkste opdrachten voor de Tweede Wereldoorlog behoren de Oosterkerk te Haarlem uit 1924, de monumentale uitbreiding van het gebouw van de Kasvereeniging te Amsterdam en het gebouw van de Javasche Bank uit 1938, eveneens in Amsterdam. Van na de Tweede Wereldoorlog zijn belangrijk het koel- en vrieshuis 'Amerika' aan de Oostelijke Handelskade te Amsterdam uit 1949, destijds het grootste vrieshuis van Europa, en het Julianaziekenhuis in Zaandam uit 1951 dat bestaat uit een langwerpig, zes bouwlagen hoog modern-aandoend blok. Posthumus Meyjes junior werd gekarakteriseerd als een harde werker die maar moeilijk afstand kon nemen van zijn bureau. Behalve als architect, was Posthumus Meyjes junior in zijn werkzame leven actief in tal van commissies en organen, onder meer als gemeenteraadslid van Bloemendaal. Gedurende zijn loopbaan realiseerde Posthumus Meyjes, veelal in samenwerking met zijn compagnons, een veelzijdig oeuvre, met een zeker nadruk op landhuizen, bank- en kantoorgebouwen en na de Tweede Wereldoorlog ook een aantal ziekenhuizen. Van een bepaalde stijlvoorkeur of architectuuropvatting is moeilijk te spreken in zijn werk; eerder lijken de eisen van de opdrachtgevers en een eclectisch-pragmatische aanpak zijn signatuur te bepalen. Posthumus Meyjes junior overleed op 11 november 1975.
|